Bijzondere wandelroutes op Griekse en Franse eilanden

Wie verlangt naar een wandelvakantie die net even anders is, zal al snel ontdekken dat zowel Corsica als Kreta perfect zijn voor een actieve reis. Beide eilanden bieden landschappen die je telkens weer doen stilstaan om even om je heen te kijken. De ruige bergen, diepe kloven en schilderachtige dorpjes geven elke wandeling een eigen sfeer. Of je nu de uitdaging zoekt van steile bergpassen of liever rustig langs de kustlijn wandelt, deze bestemmingen hebben het allemaal.

 

Wandelen als beleving, niet alleen als activiteit

Lopen over de paden van Corsica en Kreta betekent veel meer dan alleen kilometers maken. Je duikt onderweg automatisch in het lokale leven, dat vaak al generaties lang nauwelijks veranderd lijkt te zijn. In de kleine dorpen tussen de heuvels en bergtoppen word je regelmatig verrast door ontmoetingen met bewoners die hun tradities nog volop in ere houden.

Soms krijg je spontaan een bord huisgemaakt eten voorgeschoteld of word je uitgenodigd voor een glas wijn. De geuren van verse kazen op Corsica en de kleine, smaakvolle mezze op Kreta vullen de lucht terwijl je bijkomt van een flinke wandeling. Hier ervaar je niet alleen de schoonheid van de natuur, maar proef je ook de gastvrijheid en het ritme van het eilandleven.

 

De GR20: Corsica’s meesterproef voor de doorgewinterde wandelaar

Corsica draagt niet voor niets de bijnaam ‘Berg in de Zee’. Het eiland rijst als een soort natuurlijk fort op uit het water, met steile pieken, grillige rotsformaties en diepe dalen. Voor wandelaars is de GR20 hier dé uitdaging bij uitstek. Deze wandelroute wordt wereldwijd geroemd als een van de zwaarste langeafstandstochten in Europa en trekt avonturiers uit alle windstreken.

De tocht start in het noorden, bij Calenzana, en eindigt na 180 kilometer in het zuidelijke Conca. Onderweg verandert het landschap voortdurend. Je wandelt langs ruige granietbergen, komt kristalheldere meertjes tegen en loopt door dichte bossen waar het zonlicht nauwelijks doorheen breekt. In de bergdorpen waar je af en toe pauzeert, lijkt de tijd nauwelijks voort te schuiven.

Ondanks de prachtige uitzichten vraagt de route wel degelijk om een serieuze voorbereiding. Zonder stevige schoenen, goede conditie en voldoende doorzettingsvermogen begin je hier niet zomaar aan. Maar wie de tocht aangaat, wordt beloond met uitzichten en momenten die je bijblijven. Na een dag klimmen en dalen is het heerlijk om neer te ploffen in een berghut, met een bord lokale gerechten en het gezelschap van medewandelaars aan tafel.

 

Kreta’s indrukwekkende kloven: natuurlijke kunstwerken

Kreta is het grootste eiland van Griekenland en staat al lang bekend om zijn indrukwekkende geschiedenis, zonnige stranden en levendige stadjes. Toch blijft de ware schat van Kreta voor veel wandelaars de indrukwekkende reeks kloven die het eiland rijk is. Hier wandel je letterlijk door miljoenen jaren geschiedenis, uitgehouwen in de rotsen door water en wind.

De bekendste kloof is ongetwijfeld de Samariakloof, die zich over zestien kilometer uitstrekt. Hier begin je hoog in de bergen, op ruim 1200 meter hoogte, en daal je langzaam af richting de kust van de Libische Zee. Onderweg loop je door bossen vol cipressen en dennen, terwijl de steile kliffen zich indrukwekkend boven je uitstrekken.

Aan het eind van de tocht wacht het kleine dorpje Agia Roumeli, waar de zee je verwelkomt na je lange wandeling. Voor wie graag een iets kortere maar minstens zo mooie tocht maakt, is er de Imbroskloof. Hier loop je over een rustiger pad, met net zoveel natuurschoon, maar dan zonder de drukte van de bekendere route.